In een eerdere nieuwsbrief schreven wij reeds over dit onderwerp. Uit een recent vonnis bleek dat, zoals zo vaak, het aankomt op een precieze formulering van bepalingen in de koopovereenkomst. Wat was het geval?
Kort gezegd, een woning werd volgens het koopcontract geleverd “as is”, dus in de staat waarin deze zich bevond. De bedoeling hiervan is om de aansprakelijkheid van verkoper voor gebreken uit te sluiten. Dit is echter voor meerdere uitleg vatbaar. De rechter oordeelde daarom dat het niet voldoende duidelijk was dat het de bedoeling van partijen is geweest om de aansprakelijkheid van de verkoper te beperken en daarbij ook af te wijken van art. 7:17 BW. Hierin staat onder meer dat de afgeleverde zaak aan de overeenkomst moet beantwoorden en dat een koper mag verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid niet behoefde te betwijfelen. De door de verkoper beoogde uitsluiting van de aansprakelijkheid werd daarom niet gehonoreerd.
Bij het formuleren van een dergelijke bepaling is het dus van belang dat naar objectieve maatstaven duidelijk is wat door partijen is overeengekomen. Ter verduidelijking daarvan kan het verstandig zijn (vooral bij particulieren) om nader op te nemen welke artikelen niet gelden. Bedacht dient wel te worden dat het vaste rechtspraak is dat een beroep op een exoneratiebeding niet mogelijk is in het geval de verkoper op de hoogte is van gebreken, maar deze niet zijn meegedeeld.