Indeplaatsstelling bij faillissement huurder

Download PDF

Vandaag de dag gaan helaas veel winkels failliet. De curator van de failliet kan belang hebben bij de verkoop van de onderneming. Denk hierbij aan het voorkomen van kapitaalverlies, zo kan de overdracht baten generen voor de boedel, kan verlies van investeringen en goodwill voorkomen worden. De waarde van de winkel wordt mede bepaald door de locatie waar de winkel is gevestigd. De koper zal dan ook willen dat de huurrechten onderdeel uitmaken van de koopovereenkomst. Als de verhuurder niet mee wenst te werken aan een indeplaatsstelling, kan de curator dit afdwingen bij de rechter via artikel 307 van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek. Dit kan overigens ook gedaan worden door een zittende huurder die zijn bedrijf wenst over te dragen.

Om het beroep op dat artikel te kunnen laten slagen, moet voldaan zijn aan de volgende drie eisen:

  1. er is sprake van bedrijfsoverdracht. Belangrijk is dat er echt voldaan wordt aan de voorwaarden van een bedrijfsoverdracht. Denk dan aan o.a. overname personeel, overdracht goodwill en inventaris;
  2. er is een zwaarwichtig belang bij de bedrijfsoverdracht;
  3. de nieuwe huurder moet voldoende waarborgen bieden voor volledige nakoming van de huurovereenkomst en voor een behoorlijke bedrijfsvoering.

Afgezien van deze wettelijke eisen past de rechter ook een belangenafweging toe: hij weegt het belang van de zittende huurder af tegen het belang van de verhuurder.Onlangs heeft de curator van een gefailleerde winkelketen in een procedure medewerking van de verhuurder aan een indeplaatsstelling gevorderd. In deze procedure oordeelde de rechter dat het bestaan van een zwaarwichtig belang niet aannemelijk is gemaakt. De curator heeft de volgende belangen aangevoerd: a) waarborg continuïteit van de winkel; b) de overdracht genereert aanzienlijke baten voor de boedel; c) met de overdracht kunnen in concernverband meer winkels worden gehandhaafd; d) verlies van investeringen en goodwill wordt voorkomen; e) werkgelegenheid blijft bewaard. Zo op het eerste gezicht lijkt de curator wel degelijk een zwaarwichtig belang te hebben. Toch oordeelde de rechter anders. Dit kwam door de volgende omstandigheden. Ter zitting bleek dat als de vordering tot indeplaatsstelling zou worden afgewezen dit niet zal leiden tot een bijstelling van de koopsom voor de gehele winkelketen. Het niet doorstarten van de onderhavige winkel heeft geen negatieve consequenties voor de doorstart van de 59 overige winkels. Volgens de rechter betekent dit dat het belang sub b niet (meer) bestaat en dat het niet honoreren van de belangen sub a en d geen negatieve consequenties voor de failliete boedel heeft. Aan belang sub c is voorbijgegaan, omdat het een belang is van de koper en niet van de curator. Ten aanzien van het behoud van vijf arbeidsplaatsen is geoordeeld dat de curator hierover te weinig heeft gesteld en dat het behoud van vijf personeelsleden, op een totaal van 247 arbeidsplaatsen geen substantieel verlies aan arbeidsplaatsen oplevert.Kortom, een huurder/curator heeft het recht om indeplaatsstelling af te dwingen, maar dient wel aan de vereisten te voldoen die de wetgever daaraan heeft gesteld. Mocht u geconfronteerd worden met een verzoek tot indeplaatsstelling of zelf een verzoek wenst te doen, laat u dan goed adviseren over de slagingskansen.